woensdag 9 juni 2010

Een onverwacht zware dag

Mijn tweede dag op IJsland. Het begon zo mooi. Een strak blauwe hemel en een krachtig zonnetje. Op de camping afscheid genomen van Stefan. Terwijl hij, samen met Thomas, naar het zuiden gaat, rij ik via de 1 richting het westen. Bij de afslag richting Vopnafjordur ga ik rechts de 917 op en neem ook afscheid van Thomas. Weldra houd het asfalt op en ploeter ik (met tegenwind) verder op 't gravel. De condities van de weg zijn verschillend. Gelukkig zijn ze met de weg bezig, d.w.z. ze gooien hem nat, brengen een losse laag gravel aan en trekken het dan vlak. Met als resultaat dat er niet te fietsen valt. Na 35 kilometer moet ik ook nog een pasje van 655 meter over. Een pasje die ik zwaar onderschat heb. Gemiddelde stijging 12 %, met uitschieters van 15 %. Onverhard. Het is dus duidelijk dat ik veel van het landschap heb staan te genieten (pauzes gehouden dus). Met pijn en moeite toch boven gekomen. Maar zondermeer de moeite waard. De afdaling is 'levenslink', want als je met een hogere snelheid rijd merk je pas hoe slecht de weg eigenlijk is. En hard remmen is uitgesloten. Tot overmaat van ramp zit de afdaling ook nog eens potdicht, zodat ik niet kan zien hoe de bochten lopen. Verkleumd kom ik beneden aan. Ik vervolg relaxed de kustweg. En al rijdend wordt ik vanuit een auto gefotografeerd door twee Japanners. Na 93 kilometer kom ik aan in Vopnafjordur. Ik heb dan bijna 6,5 uur in het zadel gezeten. IJsland heeft een beetje van zijn ware aard laten zien. Voor mij zit er niets anders op dan me hier naar te schikken. Het was een zwaar dagje, maar wel een mooie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten